U zocht voorbeeldzinnen met daarin "ieren"
Resultaten 1 - 4 van 4
- alen: ieren
- floddern: As de boeren an het ieren bint, dreit ze de kraan van de tank lös en laot ze het over het land flot (Weerdinge)
- iermennen: ieren
- iertank: Het (g)ieren van de akkers gebeurde met de giertank (Westdorp)