U zocht voorbeeldzinnen met daarin "jassen"
Resultaten 1 - 7 van 7
- bonker(d): De dikke striepkoren jassen, die de törfgravers dreugen - niet in het wark, maar 's aovends en 's m (Coevorden)
- jassen: Eerst de èerpels jassen (Smilde)
- jassen: piepers jassen (Westdorp)
- lakjas: Lakjassen bunt van dei gladde, glimmende jassen (Barger Oosterveld)
- mantel: Vrouwen hebt een maantel, kerels hebt jassen an (Hollandscheveld)
- waofelbaoi: Waofelbaoi worde gebruukt as voring in duffelse jassen (Wapserveen)
- zicht I: Mien vrouw had een paar jassen op zicht metnummen (Exlo)