U zocht voorbeeldzinnen met daarin "kladderig"
Resultaten 1 - 4 van 4
- kladde I: Dat goud is zo kladderig, kregs het neit weer van de kladden of (Emmer Erfscheidenveen)
- kladderig: Ik heb medecienen veur de hoest, dat flessien is altied kladderig (Sleen)
- kladderig: Dat is kladderig schreven (Barger Oosterveld)
- kladderig: Wat löp hij der ok altied kladderig bij