U zocht voorbeeldzinnen met daarin "kreng"
Resultaten 1 - 4 van 4
- gevuul: Dat vrömmes van Jannes is een kreng, die hef gien gevuul (Gasselte)
- kreng I: Der lag een kreng an de straot (Padhuis)
- kreng I: Een kreng van een peerd (Valthermond)
- kreng I: Ik kan dat kreng nich oet stee kriegen