U zocht voorbeeldzinnen met daarin "krimmeneel"
Resultaten 1 - 6 van 6
- krimmeneel I: Wat is dat een krimmeneel (Gieten)
- krimmeneel II: Het is een krimmeneel geval (Roderwolde)
- krimmeneel II: Noe is het toch krimmeneel, de sikke is alweer los (Barger Compascuum)
- krimmeneel II: Krimmeneel, wat ain kaaste van ain huus (Valthermond)
- krimmeneel II: Ie hebt een krimmeneel mooi peerd ekocht (Ruinerwold)
- zunnebloem: Krimmeneel, wat hebt die een grote zunnebloem! (Hijken)