U zocht voorbeeldzinnen met daarin "louter"
Resultaten 1 - 5 van 5
- louter: Hie is der louter en allen hengaon um der zölf beter van te worden, niet um een aander te hölpen (Eext)
- louter: Het was louter geluk, dat zie dat kregen (Rolde)
- louter: Het was louter touval, dat ik door langskwam (Barger Oosterveld)
- toeval: Het was louter touval, dat ik door langskwam (Barger Oosterveld)
- treitern: Dat döt hie louter en allennig um mij te treitern (Hollandscheveld)