U zocht voorbeeldzinnen met daarin "mengsel"
Resultaten 1 - 3 van 3
- mengsel: Aj bakken wilt, moej eerst zurgen dat het mengsel gooud is (Anderen)
- riezen I: As het mengsel veur euliekoouken klaor was, dan mus het een toertie riezen (Anderen)
- stip-in-het-gat: Stip in het gat is een stief meelgerecht met een gat er boven in, woor een mengsel van melk en stroe (Sleen)