U zocht voorbeeldzinnen met daarin "methebben"
Resultaten 1 - 4 van 4
- anharken: Wij moet nog ien methebben hen voor anharken
- karrad: Dat karrad muj wal methebben,
- stilholden: IJ moet even stilholden, ik moe de vörk nog methebben (Oosterhesselen)
- zaklantèern: Het is duuster, ik moe de zaklantèern, ...het zaklochtien methebben (Sleen)