U zocht voorbeeldzinnen met daarin "motregen"
Resultaten 1 - 5 van 5
- hönnigdauw: In de hondsdagen kun het soms wat motregen; de imkers zeden dan van hönnigdauw (Pesse)
- motregen: Motregen wor ie natter van aj rekent
- motregen: *Veur vaalse mensken en motregen, daor moej je veur waren (Roderwolde)
- motregen: Deur motregen en Jeuden
- motregen: ofgescheiden en motregen, woj bedreugen (Dwingelo)