U zocht voorbeeldzinnen met daarin "nachtboot"
Resultaten 1 - 6 van 6
- nachtboot: De heuiers gungen eerder met de nachtboot naor Holland en dan weurden ze in Hoorn met de sjees ophaa (Borger)
- nachtboot: Die komp altied mit de nachtboot
- nachtboot: Hij krig een baentie as gaeper op de nachtboot (Wapserveen)
- nachtboot: Hij zöcht wark as keutelveger op de Zwolse nachtboot
- nachtboot: Wat hie worden mut? Keuteltrekker op de Zwolse nachtboot (Hoogeveen)
- nachtboot: Hij is met de nachtboot vertrökken