U zocht voorbeeldzinnen met daarin "negerij"
Resultaten 1 - 3 van 3
- negerij I: Ik wil nog niet dood liggen in die negerij, laot staon wonen (Broekhuizen)
- negerij I: Hij komp uut de ein of aander negerij in Grönning (Emmer Erfscheidenveen)
- negerij II: Dat is mij daor een negerij, die pest mekaar altied (Klazienaveen)