U zocht voorbeeldzinnen met daarin "neilichter"
Resultaten 1 - 4 van 4
- neilichter: Deie, wel altied wat neimuidske dingen haf, nuimt wie een neilichter (Barger Compascuum)
- neilichter: Een minder geleuvige is een neilichter (Roswinkel)
- neilichter: (...) neit strak in de leer, een neilichter (Emmer Erfscheidenveen)
- strak: Hij is neit strak in de leer, hij is een neilichter (Emmer Erfscheidenveen)