U zocht voorbeeldzinnen met daarin "oetscheiden"
Resultaten 1 - 3 van 3
- hottefotten: IJ moet oetscheiden te hottefotten, dolkies is het kepot (Gasselte)
- oetscheiden: Hij warkt zunder oetscheiden deur
- priemeln: En nou eten en oetscheiden te priemeln (Gieten)