U zocht voorbeeldzinnen met daarin "oplössing"
Resultaten 1 - 4 van 4
- köstern: Zij zaten daor achter de kachel wat te kostern, het leek wel, of zij overal een oplössing veur hadd
- oplössing: Die man wet veur elk probleem een oplössing (Elim)
- probleem: Veur elk probleem is een oplössing (Eext)
- vinden: Ze hemmen een oplössing vonden (Eelde)