U zocht voorbeeldzinnen met daarin "opploegen"
Resultaten 1 - 5 van 5
- naoploegen: Naoploegen en opploegen is allebeide um de eerappels uut de grond te kriegen (Koekange)
- ofploegen: Mu'k de akker opploegen of ofploegen? (Coevorden)
- opploegen: Laot die boer die eerappels eerst mar opploegen, ...opjagen, veurdat we beginnen te zuken (Klazienaveen)
- opploegen: Ze gungen de erpels opploegen veurdat de krabbers begunden (Borger)
- opploegen: Mu'k de akker opploegen of ofploegen?