U zocht voorbeeldzinnen met daarin "opschieren"
Resultaten 1 - 3 van 3
- opschieren: Ik wil mie nog een beetien opschieren veurdat de visite komp (Roswinkel)
- opschieren: Ik zal het nog wat opschieren om hoes tou (Roderwolde)
- opschieren: Je toen zal der heeil van opschieren, aj aal dat onkruud der oet hebt (Eext)