U zocht voorbeeldzinnen met daarin "richtig"
Resultaten 1 - 8 van 8
- richtig: Dat is richtig daj dat daon hebben (Klazienaveen)
- richtig: In de meimaond komp het wark weer richtig an
- richtig: Hij is richtig, ie kunt op hum an, hij dreit er niet um toe (Dwingelo)
- richtig: Dat peerd was lange niet richtig (Havelte)
- richtig: Det kereltien is bepaold niet richtig (Hoogeveen)
- richtig: Oenze hond was niet zo richtig, hij hef de postbode ook al ies onder had (Ruinerwold)
- richtig: Wij hebt alles richtig um weg te gaon (Stieltjeskanaal)
- richtig: Aj richtig binnen, gaow vort (Roderwolde)