U zocht voorbeeldzinnen met daarin "riepen"
Resultaten 1 - 5 van 5
- garst: De gaarst begunt al te riepen (Eexterveen)
- koren: Het koren: twei weken bluien/Twei weken gruien/Twei weken riepen (Barger Oosterveld)
- riepen: De haover begunde al te riepen (Vries)
- riepen: In disse naozomer wol het mais nog best riepen (Roswinkel)
- striepen: Veertien dagen gruien/Veertien dagen bluien/Veertien dagen riepen/Veertien dagen striepen (Sleen)