U zocht voorbeeldzinnen met daarin "rut"
Resultaten 1 - 3 van 3
- rut: Mien buutsgeld is op, ik bin rut, ...dop (Emmer Erfscheidenveen)
- rut: *Lazarus en Ruth/Die gongen samen vurt/Toen zij terögge kwamen/Was Ruth Lazarus en Lazarus rut (Hoogeveen)
- Ruth: rut