U zocht voorbeeldzinnen met daarin "scharminkel"
Resultaten 1 - 7 van 7
- scharminkel: Dat hondtie is maor een maeger scharminkel (Vledder)
- scharminkel: Wat een hoge pries veur zo'n scharminkel (Noordscheschut)
- scharminkel: Lillijk scharminkel, wol ie mij vertellen wat a'k doen en laoten mut? (Hollandscheveld)
- scharminkel: Wat een zunige scharminkel (Buinen)
- scharminkel: Wat een scharminkel van een vent
- schreminkel: scharminkel
- stal: Achter op staal ston een scharminkel van een veers (Vries)