U zocht voorbeeldzinnen met daarin "schenken"
Resultaten 1 - 8 van 8
- andacht: Der andacht an schenken (Een)
- bijlangs: Kiek uut mit dat schenken, 't gait er bielanges (Emmer Erfscheidenveen)
- hond: Hai was gien hond in 't schenken
- motfles: Een motflesse is een flesse, waor aj slecht uut schenken kunt (Zuidwolde)
- schenken: Op de bruloft mussen de vrouwlu koffie schenken (Barger Oosterveld)
- slacht I: Het beste van de slacht bij een zwien bennen de schenken (Een)
- toetkan: Oet een toetkan is het makkelijk schenken (Emmen)
- verlof: Zie hebt allèn mar verlof, zie meugt gien starke drank schenken (Sleen)