U zocht voorbeeldzinnen met daarin "schild"
Resultaten 1 - 7 van 7
- loop: ...eerpels schild
- schild: Wat voert denne in zien schild? (Padhuis)
- schild: Mensen, wat is dat ok een schild, ie zulden der bange veur worden (Barger Compascuum)
- schild: Praot mij niet van die, det is wel zo'n raar schild
- schild: Wat een mal schild
- schild: Het was een schild van een kou, maor hij gaf veul melk (Peize)
- schild: Wat hej door toch een onwies lillijk schild van een peerd (Uffelte)