U zocht voorbeeldzinnen met daarin "servies"
Resultaten 1 - 7 van 7
- diggel: Mien hiele servies lig an diggels, het bint allemaole schaorten (De Wijk)
- ontbreken: Daor ontbrek nog wel wat an het servies (Hoogeveen)
- pankoukjonges: Meistal was het een servies, wat deur de pankoukjonges anboden weur (Norg)
- ratelschellig: Oonze servies was aordig raetelschellig
- schandaliseren: Mien hiele servies is geschandaliseerd, aoveral bint scharfies of (Broekhuizen)
- schel III: Het servies is schel (Roden)
- servies: Hie hef een compleet servies kregen met trouwen (Sleen)