U zocht voorbeeldzinnen met daarin "smulsterig"
Resultaten 1 - 3 van 3
- smulsterig: Het vet is smulsterig worden (Sleen)
- smulsterig: Dat vleis moej wegdoen, het is smulsterig (Oosterhesselen)
- smulsterig: Kleeraozie wat vochtig in de kast hangt, rök smulsterig (Schoonebeek)