U zocht voorbeeldzinnen met daarin "soezen"
Resultaten 1 - 7 van 7
- boezen: niet gekomen om te soezen of te boezen
- soezen: Heur de wiend ies deur de bomen soezen (Dwingelo)
- soezen: Je bennen dik an het soezen (Norg)
- soezen: Ik bin hier neet gekomen om te soezen of te boezen
- soezen: Hij zat ien de grote stoel wat te soezen (Hoogeveen)
- soezen: Hol nou mor ies op te soezen (Hijken)
- soezen: Zit een ander niet zo um de oren te soezen (Barger Compascuum)