U zocht voorbeeldzinnen met daarin "speibakkien"
Resultaten 1 - 3 van 3
- kwakken I: Ik heb het speibakkien klaor ezet, dan kan hij daor in kwakken as hij komp, de veurige keer hef hij (De Wijk)
- kwispeldoor: De kwispeldoor stiet op de beddeplank, het speibakkien stiet in de hoek van de heerd (Oosterhesselen)
- speibakkien: Zet dat speibakkien even wat dichterbij, aans spei ik der bijlangs (Sleen)