U zocht voorbeeldzinnen met daarin "stuk"
Resultaten 1 - 20 van 352
- achterien: an ien stuk achterien (Weiteveen)
- achteroetgang: Op dit stuk laand moe'k een aachteruutgaank hebben (Diever)
- almachtig: Wat een allemachtig mooi stuk laand is dat (Oosterhesselen)
- anien: Het was een mooi stuk laand, het lag almaol anien (Sleen)
- ankoop: De ankoop van dat stuk laand kwam oous gooud van pas (Eext)
- anlangen: Woj mij dat stuk iezer even anlangen? (Klazienaveen)
- anplanten: Hij hef ok wèer een stuk bij die olde schure anplant (Hijken)
- anscheiden: Zie hadden der een stuk grond bij anscheiden (Oosterhesselen)
- anscheiden: Je kunt dat stuk wel bij dat van jou anscheiden (Balloo)
- anscheiding: Deur de aanscheiding van het ontgunnen laand hef ie een mooi stuk laand kregen (Rolde)
- anvallig: 't Ene stuk grond is dooie grond, maor dat aandere is anvallige grond, daor wil flink wat gruien (Buinen)
- anzetten: Wij hebt een stuk bij die ledder anzet (Gasselte)
- aolder: Aol Jans is dood, maor ja, hie har een stuk hen het older (Eext)
- baand I: Wij hebt vandaag een flink stuk in de band kregen
- baanderklauw: Een baanderklauw is een stuk iezer dat um de baanderboom past en waor de baanders van binnen met vaa (Anderen)
- baggeln II: Hoge baggern dat is baggern van een stuk vene, waor de bovenste laog of is (Schoonoord)
- baldern: Wat kan die paander proten. Hij baldert mar an ien stuk deur (Havelte)
- bebossen: Zie hebt dat stuk opnei bebost (Sleen)
- begieren I: Dat stuk land moew nog begieren (Oosterhesselen)
- behelp: Het is wel een behelp met zo'n old stuk reive (Emmer Erfscheidenveen)