U zocht voorbeeldzinnen met daarin "sukergoed"
Resultaten 1 - 3 van 3
- naosnaaien: De kinder hebt mij alle trommegies naosnaaid, of ter nog wat sukergoed in zat (Stieltjeskanaal)
- sukergoed: Het was almaol kraomen met sukergoed (Sleen)
- sukergoed: Olde meinsen hebt nog wel ies een krafte mit sukergoed veur de kleinkiender (Pesse)