U zocht voorbeeldzinnen met daarin "taks"
Resultaten 1 - 6 van 6
- taks I: Het is zo'n taks, ...taksien van een wief, die duurt er wal wezen. Het is een rauwel (Sleen)
- taks II: Hai staait taks op beinen (Roderwolde)
- taks II: Een taks wiefie (Nijeveen)
- teks I: Hij is niet an zien taks komen (Hoogeveen)
- teks I: Hij nemp 's aovends twee börreldies, dat is zien taks (Havelte)
- teks I: Hier hej je taks, daor moej het met doen (Stieltjeskanaal)