U zocht voorbeeldzinnen met daarin "targen"
Resultaten 1 - 4 van 4
- targen: Waorum moej die hond altied zo targen? (Zwinderen)
- targen: Ie kunt een kikker zo langer targen dat hij de sloot uutkomp (Kerkenveld)
- targer(d): targen
- vis: Je kunt een vis zolange targen dat hij uut het water springt