U zocht voorbeeldzinnen met daarin "ummetellen"
Resultaten 1 - 4 van 4
- Hendrik: Ummetellen wie het wordt/Ieje of ikke of Henderk Gort/Henderk Gort lag ien de sloot/En nog was Hende (Ruinerwold)
- ummetellen: Vrogger musse wij mit een spullegien èerst ummetellen (Wapse)
- ummetellen: Bij het ummetellen völt hij er het eerst of (Ruinerwold)
- ummetellen: Ummetellen wie het wordt/Ik of gij of Hendrik Gort/Hendrik Gort lag in de sloot/Nog was Hendrik Gort (Broekhuizen)