U zocht voorbeeldzinnen met daarin "underweg"
Resultaten 1 - 12 van 12
- achtergaon: Der bint er underweg nog wal hiel wat bij achtergaon (Stieltjeskanaal)
- gezelschap: Ik kan je mörgen wal anhalen hen 't mark, dan kuw mooi gezelschup an 'nkander hebben underweg (Sleen)
- gezelschap: We kregen underweg gezelschop van een paar anderen (Padhuis)
- keigiegooien: Wij deden eerder, as wij hen de schole gungen, underweg altied keigiegooien. Ie hadden dan elk een m (Hijken)
- oppikken: Ik heb hum underweg oppikt (Weiteveen)
- plensbui: Wij kregen underweg een plensbui, wij waren an het vel toe nat (Borger)
- Ummelands: Man, wat dat een Ummelandse raize, ik bun een beste zet underweg west (Barger Oosterveld)
- underweg I: Wij hadden underweg slim last van miet (Balloo)
- underweg II: Wie hebt er grond underweg, ...undervort haald (Barger Oosterveld)
- underweg II: *As ze alle geld op de kop hebt staon, komt ze der nooit weer underweg
- verkörten: De weg wuur der wal deur verkört, daw underweg even angaon kunden (Sleen)
- wagen: De staonde wagen is de wagen die bij het intrekken in de schuur is; die underweg is, is de gaonde wa (Sleen)