U zocht voorbeeldzinnen met daarin "verlichten"
Resultaten 1 - 6 van 6
- verlichten: Ik zal je even helpen met dat bien en preberen de pien wat te verlichten (Emmen)
- verlichten: Ik kan oe het wark wel wat verlichten (Elim)
- verlichten: Ik zal het oe wat verlichten
- verlichten: verlichten
- verlochten: Ze willen het heile dörp verlichten (Roderwolde)
- verlochten: Met Zudenveldtentoonstelling gaot wij de toenen weer verlichten (Odoorn)