U zocht voorbeeldzinnen met daarin "voering"
Resultaten 1 - 4 van 4
- bulen: Die mantel buult ok, die voering is te kört (Padhuis)
- pulen: De naod zit lös, de voering puult er oet (Sleen)
- voering: De voering van de jasse is heilemaol versleten, de gaten zitten er in (Barger Oosterveld)
- voring I: Hie hef gien voering in de maag