U zocht voorbeeldzinnen met daarin "voesten"
Resultaten 1 - 12 van 12
- ballen: Hij balde de voesten
- handeln II: Laow is handeln, ...voesten, wij hebt mekaar zolange niet eziene (Zuidwolde)
- handeln II: voesten
- kop: Op de kop gaon staon en het gat mit voesten slaon (Hoogeveen)
- stennen: Hij stent stukken as olde dekens, ...stukken as voesten
- voest: Hie nemp het nogal gemoedelijk op; een aander har vort met de voesten klaor staon
- voest: Hij stent stukken as voesten
- voest: Hie hef wal wat in de voesten
- voest: Hij stun met gebalde voesten veur mij (Beilen)
- voest: *Op de kop gaon staon/Gat met voesten slaon/ En dubbelties schieten
- voesten: Wij hebt menaar zolange niet eziene, laow ies voesten (Ruinerwold)
- voesten: Het waark wil niet voesten (Gieten)