U zocht voorbeeldzinnen met daarin "voorstien"
Resultaten 1 - 7 van 7
- anrukken: Het pèerd rukte nog even an en doe lag de voorstien der oet (Sleen)
- baoken I: Wij baokt op de voorstien an
- rooistien: voorstien
- scheistien: voorstien
- spitbonk: Aw an het ploegen waren, zetten wij even een spitbonk op de voorstien
- verklikker: Pieter mut die voorstien met de jaoren wat verlegd hebben en det is uut ekomen, want Dörk hef de ve
- voorstien: Aj zo naor de voorstien kiekt, dan is e met het bouwen aordig over de meet gaon (Oosterhesselen)