U zocht voorbeeldzinnen met daarin "vosbles"
Resultaten 1 - 4 van 4
- oftieken I: Wat hef dat peerd mooie oftiekens, een mooie vosbles mit veer witte bienen (Koekange)
- vosbles: Bij peerden hej een vosbles, een zwaartbles en een broenbles (Eext)
- vosbles: Hij haar zien zinne op de vosbles zet (Hijken)
- vosblest: Zie kregen der een mooi vosbles moorvool bij (Anloo)