U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wagenwied"
Resultaten 1 - 6 van 6
- gangdeur: De gangdeure stait wagenwied los (Barger Compascuum)
- kastendeur: De kastedeure stun wagenwied los (Barger Oosterveld)
- pleedeur: Hij har de pleedeure weer wagenwied lös staon (Barger Compascuum)
- wagenbouwe: Dei deure van de wagenbouwe stund wagenwied los (Barger Compascuum)
- wagenwied: De baander stund wagenwied lös (Sleen)
- wagenwied: Hij har de bek weer wagenwied lös