U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wedstried"
Resultaten 1 - 8 van 8
- gaon: Bij een wedstried giet het um de eerste of de twiede pries (Schoonebeek)
- kleumen: De mensken stunden te kleumen bai de wedstried (Roden)
- meerdere: Hij tröf in die wedstried zien mèerdere (Dwingelo)
- oetlopen: Hij hef de wedstried uut elopen (Dwingelo)
- oetslag: Wat was de oetslag van de wedstried? (Eext)
- starten: Hij startte veul te late bie dei wedstried (Barger Oosterveld)
- veurgeven: Hij hef hum bij de wedstried tien meter veur egeven (Uffelte)
- wedstried: Die wedstried kan zundag