U zocht voorbeeldzinnen met daarin "weggooien"
Resultaten 1 - 13 van 13
- badwater: Het kiend mit het badwaeter weggooien (Diever)
- broekbaar: Dat muj niet weggooien, der zit nog wal broekbaar spul, ...wat broekbaars tuschen (Sleen)
- hekel II: As de hekel scheurd is, kunj hum wal weggooien (Borger)
- kind: Het kind met het badwaoter weggooien (Een)
- klomp: Je moet aolde klompen niet weggooien veurdaj neie hebt (Klazienaveen)
- kop: Die hark moej nog niet weggooien, jong, daor zet ik wal 'n neie kop an (Hijken)
- prutsen: Iene, die graag prutsen mag, krig soms dingen nog weer klaor, diej anders wal weggooien kunt (Schoonebeek)
- sleet I: Die broek kuj gauw weggooien, want de sleet zit er in (Klazienaveen)
- stikstofpuut: De stikstofpuut moej neit zo weggooien (Peize)
- vortgooien: weggooien
- weggooien: *Je moet olde klompen niet weggooien, veurdaj neien hebt (Hijken)
- wörmgat: Die plaank kuj wal weggooien, aalmaol wurmgaten (Odoorn)
- zunde I: Weggooien is