U zocht voorbeeldzinnen met daarin "wenk"
Resultaten 1 - 4 van 4
- mörgentied: Tut de morgentied he'k gien wenk in de ogen had
- wenk: Hij gaf mij een wenk, dat ik mij stilholden mus (Een)
- wenk: Ik heb vannacht gien wenk in de ogen had (Mantinge)
- wenk: Ik kreeg gien wenk in de ogen