U zocht voorbeeldzinnen met daarin "willig"
Resultaten 1 - 5 van 5
- willig: Dat is zo'n willig pèerdtien
- willig: Hij is willig genog um dat te doen (Hooghalen)
- willig: Het was drok op de mark, de varkens waren willig (Wapserveen)
- willig: De markt is willig (Gasselte)
- willig: As het peerd willig is, is e hingstig (Westervelde)