U zocht voorbeeldzinnen met daarin "zemels"
Resultaten 1 - 7 van 7
- grind: Aj vroeger met de buulkist zeefden, dan kwam eerst het meel, dan de grind en dan de zemels (Oosterhesselen)
- klien I: Dat meel daor ze van bakten, was klien; ij hadden klien en zemels (Sleen)
- zemel: Zemels mut goed wezen veur de stoelgang (Kerkenveld)
- zemel: Zemels holde wij over aw het meel ziften (Wapse)
- zemel: Zemels worden eerder gebruukt um emelten te bestrieden mit Parijs groen (Pesse)
- zemels: Hie har last van de zemels (Sleen)
- zenen: zemels