Ook: ...laaien (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën)
vechten, donderjagen
Naor ze zegt hebt ze gisteraovend aordig an het bakkeleien ewest ien de Middenboer; der bint raeke k (Wapserveen)
bekvechten, debatteren
Wij kunt hier een heel toer over bakkeleien, mor wij komt er niet oet (Anderen)
flikflooien, mooipraten
As het dan verkeerd gung, dan meus hij weer mooi bakkeleien om het weer goed te maken (Erica)
tegenspreken(Zuidwest-Drenthe Noord)
Hij hef altied wat te bakkeleien (Vledder)
overleggen(Veenkoloniën)
Ze waren mit mekaor an het bakkeleien (Emmer Compascuum)
verkeerd doen en daardoor nadeel berokkenen(Zuidoost-Drenthe (zandgedeelte))
Hij hef al eerder wat bakkeleid (Padhuis)
Hij hef ok weer wat moois terecht bakkeleid
hij had het snel afgeleerd (Dwi) *