behakken onovergankelijk, werkwoord, zwak
  1. behakken

    Veur het besnien van 't klompeholt, worde het eerst mit de biele behakt (Ruinerwold)

    Ik moet die klobbe nog wat behakken (Sleen)

    druk maken om klaar te komen (Sle), zie ook

    bekappen

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...