bewarken overgankelijk, werkwoord, zwak
  1. bewerken

    Dat is een lastige hoek laand um te bewarken (Schoonebeek)

    Wij bewarkt het in het lang

    hij heeft holle ogen

    Mes in het laand bewarken

    mee ingenomen

    bewarpen I

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...