Ook: bruken (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), (Zuidwest-Drenthe), ge..., gebroeken, gebruken
gebruiken
Dat is een handig ding, dat kan ik wal bruken (Roderwolde)
Hie was niks best te broeken, hij dee niks as mostern (Drouwen)
Mag ik joen waogen mörgen wel bruken? (Norg)
Wij kunt je niet bruken, vanaovend
geeft het niet gauw op
Ik kan oe niet gebruken
dat interesseert me niet
Gebroek dien verstand is en gao met hen hoes
Dei de spullen gebruukt het, mout ze ook weer oprumen (Emmer Erfscheidenveen)
We kunden best wat règen gebruken (Ruinerwold)
Nou, het is gien neie, maar een gebruukte (Hollandscheveld)
hoeven(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))
Dat broekst doe mie nich te vertellen (Barger Compascuum)
Nou, het is gien neie, maar een gebruukte (Hollandscheveld)
inspannen
Hij wol zuk geweldig broeken mit het waark
nodig hebben(Zuidoost-Drenthe)
Zo'n grote hoesholding broekt hiel wat stoet in de week (Padhuis)
nuttigen
Ik vin het een strop dat ik gien zolt mag gebruken (Norg)
Jaan, wat woj gebruken? (Eext)
Ik mag van de dokter alles weer gebruken, behalve de buurvrouw...! (Elim)