Ook: deeil (Kop van Drenthe), (Midden-Drenthe), deil (Kop van Drenthe), (Zuidoost-Drenthe (veengedeelte)), dail (Kop van Drenthe), (Veenkoloniën)
deel
Hij kreeg het grootste diel van de arfenis (Schoonlo)
Had die jong nog gien diel in die boerderij?
leeggeregend
Het is veur het grootste diel slecht land (Coevorden)
Daor hef hij gien diel an (Dwingelo)
Hij was mor een deeil van de aovend op het feest (Eext)
Hij het zien deil wel had
dreigement (Eke),
grote hoeveelheid, veel(Zuidoost-Drenthe)
Hie hef een diel anholt an die lu
z. ook
Der was een diel volk bij de groeve (Oosterhesselen)