doesterig bijvoeglijk naamwoord, bijwoord, Kop van Drenthe
  1. slaperig

    Aj een aovend veule draank had hebt, dan kiek ie aordig doesterig toe (Zuidwolde)

    Zie ook:
  2. beduusd(Zuidwest-Drenthe)

    Hij stötte zien kop, hij was ter doesterig van (Hoogeveen)

    Zie ook:
  3. slonzig, smerig(Zuidwest-Drenthe)

    Wast ie oe ies wat beter, ie ie kiekt er zo does

    terig uut (Diever)

    Zie ook:
  4. koud, winderig, regenachtig(Zuidoost-Drenthe (veengedeelte))

    Het is zuk doesterig weer vandage (Klazienaveen)

    zit in het oosten

    toesterig

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...