drukken werkwoord, zwak, (on)overgankelijk, Zuidoost-Drenthe, Zuidwest-Drenthe, Zuidwest-Drenthe

Ook: drokken (Zuidwest-Drenthe)

  1. drukken

    Wij laot kaorties drukken (Gieten)

    Ik heb hum stief drukt

    z. ook

    Hij drukt de boel, hij holdt het wark tegen (Weiteveen)

    Dat mag hum de pette nich drukken

    niets gevangen

    Zie ook:
  2. duwen

    Hol is op aal te drukken, ik kan ja niet wieder veuroet (Eext)

    Most nait zo stief op die knobbe drukken (Emmer Compascuum)

    A'k hen het hoesien moet, moe'k er zo tegen drukken (Zweelo)

    Zie ook:
  3. niet opschieten

    Zit niet aal hen te drukken, doe mor is een beetie (Drouwen)

    Wij bint sloks mit het schrieven, het giet mit drokken hen

    z. ook

    Zie ook:

Zoek meer voorbeeldzinnen...